hoofdpagina
reisfilms
Brugge
salsa
tango
tuinen
gastenboek

Jean-Pierre Van Loocke

stelt voor

Geschiedenis van de Argentijnse tango

 
 
  
 
 

 

VOORWOORD

 
Hoofdstuk 7  Tango als dans
 

1492-1880:
ONTSTAANSGESCHIEDENIS ARGENTINIË EN URUGUAY

1880-1917:
VANAF DE GEBOORTE VAN DE TANGO TOT AAN DE GUARDIA VIEJA

1917-1935:
TANGO UP AND DOWN

1935-1955:
HET GOUDEN TIJDPERK VAN DE TANGO

1955-1990:
HET DONKERE TIJDPERK

1990 en verder:
NEO-TANGO

TANGO ALS DANS

SLOTBESCHOUWING

BIBLIOGRAFIE

 
 

Gastenboek: graag jouw mening over dit werkstuk!

 

 

4. TANGO LEREN DANSEN

De basis

Het eerste wat in danslessen en initiaties wordt aangeleerd is de manier van stappen. Bij tango wordt er gewandeld, zonder al te veel de voeten op te heffen (“caminar”). Ondertussen leer je ook te stoppen en van richting te veranderen.  

Eens je het stappen onder de knie hebt, kan je beginnen aan de “basis” die bestaat uit 8 passen gedanst in 8 tijden. Er zijn leraars die deze basispassen niet aanleren in 8 tijden, maar die meteen van ter plaatse starten met bewegingen opzij of figuren, maar ze zijn in de minderheid. Veruit de meeste leraars kiezen voor de 8 basispassen, omdat die ze de leerlingen een houvast bieden. Welke figuur je ook leert, telkens weer kan je terugvallen op de 8 basispassen.

Tijdens die 8 passen kan je ook pauzes inleggen of een pas zetten die 2 tijden duurt.

Figuren

Een figuur die vaak als eerste wordt aangeleerd is de “cruzada” of de kruispas, waarbij je je voet gekruist plaatst voor of achter de andere voet, met daarbij je knie tegen de knieholte van je andere voet.

Een andere is de “ocho”, een pas die vooral door vrouwen gedanst wordt. Daarbij vormt de vrouw met haar voeten, zoals het woord het zegt, een acht. Deze acht kan in voorwaartse of achterwaartse richting worden gedanst, en kan ook worden herhaald. Terwijl de vrouw de ocho’s uitvoert, beweegt de man meestal zijn voeten opzij, heen en weer.

Draaien, zoals “giro’s”, “molinetes” komen ook vaak voor. Tijdens zo’n draai kan de man een sacada uitvoeren.

Andere figuren zijn de voleo of boleo (waarbij de vrouw met haar been een haakbeweging doet in de lucht) en de gancho (waarbij de man tussen de benen van de vrouw een haakbeweging in de lucht doet).

Hip is ook het spelen met het draaien met de as. Bij de colgada ... en de volcada

En soltadas zijn het kort loslaten van de danshouding.

Een volledige catalogus van alle passen en figuren geven is onmogelijk. Want er worden nog steeds nieuwe figuren uitgevonden, soms toevallig uit een misverstand.

...

Improvisatie

In tegenstelling tot de ballroomtango, is er in de Argentijnse tango geen voorgeschreven choreografie bij het dansen. De figuren die worden aangeleerd en gedanst zijn aparte figuren, draaien, technieken die je naar eigen goeddunken met elkaar kunt combineren, en waarbij je dus als danser de figuren improviseert of zelf nieuwe figuren uitdenkt. Essentieel is echter wel dat je bij het dansen rekening houdt met de andere dansers en als het ware meedanst met de “flow”. Om deze dansflow in goeie banen te leiden, wordt er tijdens het dansen door iedereen in tegenwijzerzin gedanst.

Op muziek

Van groot belang is dat de figuren gedanst worden op de muziek. In vele tangoliedjes wordt er van ritme veranderd en wisselen langzame passages zich af met snellere. De meeste dansers komen er pas na enkele jaren toe om volledig op de muziek te dansen. Tango is vooral voor de man die moet leiden geen sinecure. Niet alleen moet hij voortdurend denken over welke figuren hij kan dansen, hij moet ook rekening houden met degene waarmee hij danst, met de dansrichting, met andere danskoppels zodat hij niet botst. En dan moet hij nog aan het ritme denken ook. Een grote uitdaging.

 


 
       
       
       
vorige