hoofdpagina
reisfilms
Brugge
salsa
tango
tuinen
gastenboek

Jean-Pierre Van Loocke

stelt voor

Geschiedenis van de Argentijnse tango

 
 
  
 
 

 

VOORWOORD

 
Slotbeschouwing
 

1492-1880:
ONTSTAANSGESCHIEDENIS ARGENTINIË EN URUGUAY

1880-1917:
VANAF DE GEBOORTE VAN DE TANGO TOT AAN DE GUARDIA VIEJA

1917-1935:
TANGO UP AND DOWN

1935-1955:
HET GOUDEN TIJDPERK VAN DE TANGO

1955-1990:
HET DONKERE TIJDPERK

1990 en verder:
NEO-TANGO

TANGO ALS DANS

SLOTBESCHOUWING

BIBLIOGRAFIE

 
 

Gastenboek: graag jouw mening over dit werkstuk!

 

 

Tango is ontstaan in een wereld van vreemde culturen, waar elkeen zich als een vreemde voelde, zelfs de Argentijnen in hun eigen land. Hij is gegroeid vanuit een combinatie van primaire culturen tot een dans- en muziekstijl met een eigen identiteit, een eigen taal, eigen kleuren en zelfs een eigen levensfilosofie. Hij wist zich te onwikkelen op muzikaal gebied, wat leidde tot stijlveranderingen, complexere harmonisaties, uitbreiding of verandering van bezettingen, het verschuiven van de functies in de muziek en fusies met andere stijlen. En hij maakte ook op dansvlak een hele ontwikkeling mee.

Hij ontstond helemaal onderaan de ladder, in de arme volksbuurten en hoewel ie zich door de overstap naar Europa wist te raffineren, geeft hij nog steeds volledig de ziel van die omgeving weer. In de conventillos werden immigranten, gaucho’s, creolen en zwarten gedwongen om met elkaar samen te leven en trachten te overleven. Ze hadden maar één ding gemeen: ze vormden de onderste laag van de samenleving. Zoals wel vaker gebeurde in de geschiedenis, wisten de mensen elkaar te vinden en deed  de gemeenschappelijke miserie en drang naar eigenwaarde een nieuwe kunststijl ontstaan. Creativiteit ontstaat vaak op plaatsen waar je het niet zou verwachten, in dit geval hier bij mensen die koortsachtig zochten naar geluk of een beter leven. Het is om die reden dat tango niet alleen beschouwd wordt als een muziekstijl of een dans, maar ook als een manier van leven, voelen en denken. De tangueros beschouwen de buurt en hun stad als een deel van hun ziel en ademen als het ware tango. Dit trof me enorm in het ontdekken van de tango.

De levensloop van de tango was gevuld met extremen. In het begin misprezen door de elite, na de Eerste Wereldoorlog de hemel in geprezen door de fine fleur, in het begin bijna puur instrumentaal, in de gouden jaren bijna puur vocaal, een hele tijd geassocieerd met sex en prostitutie, maar nooit openlijk afgekeurd door de paus, in de jaren 1940-1955 op het hoogtepunt van zijn bestaan, tussen 1955 en 1985 op sterven na dood en nu weer springlevend en omarmd in alle uithoeken van de wereld.  

In de tango vonden de mensen van de arrabal gezelschap en menselijke warmte. De om standigheden waarin ze leefden, maakten hen hiervoor ontvankelijk. Zo’n goeie 20 jaar geleden, toen de tango herontdekt werd, herhaalde de geschiedenis zich. De economische crisis, de vereenzaming in een geïndividualiseerde wereld, maar ook de globalisering zorgde en zorgt ook vandaag de dag nog ervoor dat de mensen hunkeren naar menselijke warmte en contact, zowel letterlijk als figuurlijk. Door de danshouding, de abrazo, voelt de man het haar van de vrouw tegen zijn wang, ruikt hij haar parfum en voelt hij haar borsten tegen zijn lichaam. De vrouw merkt hoe een stoppelbaard aanvoelt of ruikt de scheerzeep en voelt zijn benen tegen die van haar. En in vele gevallen zonder dat ze elkaar al ooit eens gezien hebben en zonder dat ze zich aan elkaar hoeven te binden. Het contact is uniek. Alleen in relaties en in sex is er ook aanraking. Maar in geen enkele andere dans is het menselijk contact zo intens. De omarming verplicht tot niets. Ze spreekt voor zichzelf. Ze is nodig om te kunnen dansen met elkaar. Gerustellend is dat als degene waarmee je danst je niet bevalt, je maximaal 3 liedjes met hem/haar moet dansen. De hoffelijkheid gebiedt dit. Maar daarna mag je elkaar weer loslaten en hoef je elkaar nooitmeer aan te raken als je dat niet wil.

Maar dat is niet het enige wat zo fascinerend is aan tango. Misschien is het nu het moment om zelf te vertellen wat mij als dansliefhebber er zo in aantrekt. Eerst en vooral vind ik het een heel makkelijke manier om ongedwongen in contact te komen met andere mensen. Ik vind het ook heerlijk dat die etikette er is en dat wij als man de mogelijkheid hebben om ons hoffelijk te mogen gedragen, zonder dat de ander er overdreven veel moet achter gaan zoeken. Het is zoals de deur openen voor een vrouw, lekker romantisch, doen wat vrouwen zo behaagt. Anderzijds is het ook leuk, om vooral in geval je danst met een partner die je niet kent, die op haar gemak te kunnen stellen, door weliswaar een beetje tegen de etikette in ook eens, de stijfheid te doorbreken en een grappige opmerking te maken of een onverwachte figuur te doen, die dan een glimlach tevoorschijnt tovert en de vrouw meteen wat meer op haar gemak stelt. Want tango is geen competitie en ook geen stijve bedoening voor mij. Vandaar ook dat het mij zo op mij gemak stelde, toen ik merkte dat de kledijnormen de laatste jaren versoepeld zijn. Voordien moest je er niet aan denken om in jeansbroek naar een tangosalon te gaan. Nu wordt het niet toegejuicht, maar wordt het ook niet langer scheef bekeken. Als je maar met de dans, de muziek, je partner bezig bent, de dansflow niet onderbreekt en er geen koffiebabbel van maakt, want gebrek aan concentratie is zeker te mijden. Leuk voor wie niet houdt van conventionaliteit. 

Heel bijzonder in het leggen van contacten is dat tango, net zoals milonga, salsa, bachata, zouk een transgressieve dans is of een dans die de sociale grenzen overstijgt. Ik bedoel daarmee dat er geen barrières zijn qua ras, sociaal-economische status, nationaliteit, leeftijd of godsdienst. Of je nu jong of oud bent, zwart of blank, diepgelovig of atheïst, Aziaat of eskimo, het maakt niets uit. Tango brengt zelfs generaties samen. En heel tof om vast te stellen, is dat het zowat overal in de wereld wordt gedanst en je dus makkelijk oog in oog komt te staan met mensen van totaal verschillende culturen. Persoonlijk danste ik tot nog toe ook al eens tango met een Italiaanse, een Spaans, een Zwitserse, Duitse, Marokkaanse, Thaïse en een Chinese, maar het kan nog zo veel internationaler. De toekomst oogt mooi. Lang leve de globalisering van de tango.

Tango, een dans die voor de kijker heel passioneel, romantisch, verleidelijk en mooi en esthetisch oogt, maar waarin ook respect, hoffelijkheid, samenhorigheid, sociaal zijn... samensmelten, een heuse waarden-dans. En waar ook energiëen fusioneren. Een dans die zorgen en hoofdpijn doen verdwijnen of vergeten.

En waar ik ook heel enthousiast over ben, is dat ik erbij mag improviseren. Als man mag ik leiden, de toon zetten, dingen uitproberen, heel braaf zijn of juist heel stout en dus origineel, verrassend, apart. De vrouw moet volgen. Geen enkele dans en geen enkele danser is daardoor gelijk. Elkeen danst op de manier zoals hij/zij het aanvoelt, in wirwarrige harmonie. Bijzonder leuk is dat het leiden op zachtaardige wijze gebeurt. Geen gesleur met de armen. Geen aardappelzakgedoe. De man leidt met zijn torso. Door zijn bovenlichaam te bewegen, reikt hij de vrouw impulsen aan die ze, als ze goed aangegeven zijn, meestal interpreteert zoals de man het wil. Tijdens het beantwoorden van die impulsen, heeft de vrouw de mogelijkheid om zichzelf te laten gelden en uit zichzelf versieringen te doen, op het tempo dat zij bepaalt. Een goeie danser wacht dan vooraleer een nieuwe impuls te geven of een nieuwe figuur te doen. Zo ontstaat een voortdurend wisselspel dat niet vooraf is vastgelegd, maar telkens anders is, een dialoog zonder woorden tussen twee lichamen, een kunstwerk van twee mensen, beïnvloed door het eigen temperament en door de eigen manier waarop we de muziek beleven. Enig minpunt bij het leiden, is dat de man moet kijken waar hij danst en dus moet opletten dat hij niet in botsing komt met andere danskoppels. De vrouw kan rustig de ogen sluiten, zich overgeven aan deman, ook al kent ze hem niet, in blind vertrouwen. De man kan zich blijven vervolmaken, want het aantal figuren in de tango is, net zoals overigens ook in de salsa, eindeloos. En het leuke eraanis dat iedereen door te improviseren, kan helpen te timmeren aan de weg, door nieuwe figuren uit te vinden, een eigen stijl te ontwikkelen en door zich als ambassadeur van de tango te gedragen en zo van de wereld een betere plaats te maken.
 
En dan is er ook nog de muziek zelf, die heel gevarieerd is, niet alleen omwille van het onderscheid tussen tango, wals en milonga, maar ook verschillend is volgens componist. Denken we maar aan de talloze interpretaties van La cumparsita (meer dan aantal dagen in een jaar!), uitgesplitst in talloze arrangementen, soms uitdagend speels, soms tergend langzaam, soms heel ritmisch, soms heel virtuoos, soms neo... En als je dan nog weet ook dat er in Argentinië dansclubs zijn waar men bijna alleen maar danst in de stijl van de Sarli of in de stijl van d’Arienzo, en dansclubs in Duitsland waar alleen maar neo tangomuziek wordt gedraaid, en dat de Argentijnse tango de nationale dans is in Finland, dat je in Zwitserland ook tango kunt dansen tijdens de lunchpauze, dat de milonga’s in openlucht als paddestoelen uit de grond schieten, dan wordt het antwoord op “waarin geloof je?” steeds meer duidelijk. Tango religion, mevrouw, mijnheer! 

Tango zal volgens mij zolang blijven bestaan, zolang er pijn bestaat, echtsch eidingen zijn, frustratie, onrechtvaardigheid, vriendschap, liefde, en zolang mensen het de moeite vinden om er hun eigen accenten in te leggen en de dans en muziek blijven voeden met nieuwigheden (in de zin dus van de evolutionisten, Piazzolla en de voorvechters van de neo tango), maar ook zolang er traditionalisten blijven vechten voor het behoud van de authentieke tangomuziek. Een stap in de goeie richting is in elk geval gezet: dankzij de bescherming op 30 september 2009 van de tango als werelderfgoed door de Unesco. Toeval of niet, we zaten in de auto op terugtocht van de laatste openluchtmilonga van het seizoen in Rijsel, toen het nieuws op de radio bekendgemaakt werd. De tango beschermd als cultureel erfgoed, samen met de Heilig Bloedprocessie in Brugge, de stad waar ik geboren en getogen ben en die de laatste jaren een enorme opgang kent qua tangopassie.

Zoals al aangegeven in het voorwoord is het de bedoeling om dit werkstuk te publiceren op mijn website http://www.jptangosalsa.tk Daar zal het een mooi plaatsje krijgen in de rubriek Tango, naast de meer dan 100 via filmpjes en foto’s in beeld gebrachte tangosalons waar ik naar ging gedurende zo’n goeie 6 jaar dat ik tango dans. Zoals ook verklapt, is het mijn betrachting om dit werkstuk verder aan te vullen, want er valt nog zo veel te vertellen over tango, zoals bijvoorbeeld over de tangoclubs van vandaag de dag, de tangomaestro’s van vandaag de dag, de taxi tango’s, mannen die in Buenos Aires kunnen gehuurd worden om als danspartner mee te gaan naar tangosalons. En bovendien is nog lang niet alles gezegd, onderzocht en geschreven over de geschiedenis van de tango - een geschiedenis die trouwens ook vandaag nog wordt geschreven en ook morgen, overmorgen… - een never ending story. Dankbaar dit te mogen beleven! Maar eerst… eerst nog wat dansen!


 
       
       
       
vorige